
Mitochondriën
Mitochondriën
Gewone celdeling (mitose). Meercelligen zouden kunnen zijn ontstaan doordat de cellen zich na celdeling niet hebben gescheiden. De celdeling was dus niet volledig.
Dieren, van wormen en sponzen tot kwallen en walvissen, bevatten tussen de paar duizend en tientallen biljoenen genetisch vrijwel identieke cellen. Afhankelijk van het organisme rangschikken deze cellen zich in een verscheidenheid aan weefsels en organen, zoals de darmen, spieren en zintuigen. Hoewel niet alle dieren al deze weefsels hebben, hebben ze wel allemaal één weefsel, de kiembaan, dat zaad- of eicellen produceert om de soort voort te planten. Hoe en wanneer die afzonderlijke cellen hebben besloten samen te gaan is niet bekend, maar een celbioloog van de universiteit van Chicago denkt nu een tipje van die sluier te hebben opgelicht. Lees verder
Pasgeboren muisjes
Mannelijke muizen kunnen eierstokken ontwikkelen als hun zwangere moeders ijzertekort hebben. Het onderzoek zou het eerste zijn dat aantoont dat een laag ijzergehalte de geslachtsontwikkeling van de embryo kan beïnvloeden. Lees verder
(A) De verschillende stadia van de groei van polymeerblaasjes die leiden tot de uitstoting van amfifiele polymeren. (B) De vorming van nieuwe blaasjes door zelfassemblage van de amfifiele polymeren (afb: Juan Pérez-Mercader et al./PNAS)
Het leven op aarde bezit een uitzonderlijk vermogen tot zelfreproductie, dat zelfs op laagste niveau (de cel) wordt beheerst door complexe biochemie. Al tijden zoeken wetenschappers naar vergelijkbare systemen. zonder biochemie. Het lijkt er op dat onderzoekers van de Harvarduniversiteit een beginnetje (?) hebben gevonden. Voor reproductie heb je geen biochemie nodig. Lees verder
Een verbeelding van het experiment om van twee mannetjesmuisjes nageslacht te kweken (afb: Wei Li et al./Cell Stem Cell)
Jiankui He op genoomcongres in Hongkong in 2018
Veel erfelijke ziektes zijn het gevolg van mutaties op verschillende genen. Met de nieuwe methoden om het genoom te bewerken, groeit de hoop die fouten ooit te kunnen corrigeren met wat polygene genoombewerking heet. Op basis van recent onderzoek van Peter Visscher van de universiteit van Queensland en collega’s stellen de onderzoekers dat die polygene genoombewerking over enkele tientallen jaren tot de mogelijkheden gaat behoren, maar de redactie van het wetenschappelijke blad Nature vindt dat we daar eerst goed over moeten praten voor we daaraan gaan beginnen. Daar zijn Visscher c.s. het roerend mee eens. Lees verder
Mannetjes lozen hun giftige lading. Die methode zou effectiever zijn dan gendruk (boven) (afb: Samuel Beach et al./Nature Communications)
Het zeeanemoontje Nematostella vectensis is ‘onsterfelijk’ (afb: WikiMedia Commons)
De zeeanemoon Nematostella vectensis is feitelijk onsterfelijk. Ontwikkelings-biologen onder aanvoering van Ulrich Technau (@dres) van de Universiteit van Wenen zouden voor het eerst mogelijke kandidaten voor multipotente stamcellen in de zeeanemoon hebben geïdentificeerd. Deze stamcellen worden gereguleerd door evolutionair zeer goed bewaarde genen, die bij mensen en andere zoogdieren doorgaans alleen actief zijn bij de vorming van geslachtscellen, maar die oudere diersoorten zoals neteldieren een hoge mate van herstelvermogen geven waarmee die, in theorie, niet zouden verouderen. En weer lonkt de eeuwig jonge mens. Lees verder
Als bij muisembryo’s de aanmaak van zes kleine RNA-moleculen (microRNA’s) dan blijken vruchten met het mannelijke Y-chromosoom toch vrouwtjes te worden, zo konden onderzoekers rond Rafael Jiménez van de universiteit van Granada (Sp) constateren. Die microRNA’s blijken een belangrijke rol te spelen in de geslachtsbepaling van zoogdieren (in ieder geval van muisjes). Kennelijk maken niet alleen de geslachtschromosomen (de X– en Y-chromosoom) uit of een foetus mannelijk of vrouwelijk wordt. Lees verder
Inbouw van grote stukken DNA (gen X) in een tabaksplant. Van links naar rechts het resultaat met een inactieve Cas9-variant, een actieve DNA-variant en een combinatie met endonuclease (afb: Leibnizintituut IPB)
Wetenschappers rond Alain Tissier van het Leibnizinstituut voor plantenbiochemie (IPB) zijn er naar het schijnt voor het eerst in geslaagd grote gensecties op een stabiele en nauwkeurige manier zeer efficiënt in het DNA van planten in te voegen. Daartoe veranderden ze de CRISPR/Cas-methode voor het bewerken van genen. Het verbeterde proces biedt volgens de onderzoekers grote kansen voor gerichte genoombewerking van hogere planten voor zowel veredeling als wetenschap. Lees verder