DNA zit met zijn bijna 2 m lengte opgepropt in een kern met een afmeting van 0,01 mm. Om het molecuul zit nog eens een verpakking van eiwitten (histonen). Die histonen zijn de bouwstenen van de verpakking en worden nucleosomen genoemd. Die verpakking beschermt het DNA, maar maakt het molecuul ook onafleesbaar en zoals we allemaal van de middelbare school weten moet DNA kunnen worden afgelezen om eiwitten te kunnen aanmaken in de ribosomen. Er moet dus iets gebeuren om een stukje DNA ‘bloot’ te leggen. Hoe cellen het fiksen om het juiste stukje DNA, waarvan het begin wordt aangegeven door een promotor (een stukje DNA), af te lezen is nauwelijks bekend. Zwitserse onderzoekers ontdekten dat de promotors konden worden onderscheiden in twee soorten, afhankelijk van de nucleosoomstabiliteit. Als de aanpalende nucelosomen instabiel waren, dan bleken de daarbij behorende genen akelig actief te zijn zoals die welke betrokken zijn bij celgroei en -deling. Stabiele nucleosomen schermen genen af die minder actief zijn. Lees verder
Categorie archieven: Genen
Weesgenen vinden hun oorsprong in niet-coderend DNA
Nieuwe genen ontstaan uit oude, is de laatste 40 jaar het idee. Je kunt ze via een soort stamboom terugvoeren naar de ‘stamvader’. Bij sommige genen lukt dat echter niet. Het probleem van die weesgenen heeft (sommige) genetici jarenlang beziggehouden. Pas de laatste twee jaar is daar ietsje meer klaarheid over gekomen. Veel van die wezen zouden hun oorsprong vinden in het niet-coderende DNA (het troep-DNA). Ooit werd dat voor onmogelijk gehouden, maar inmiddels zijn er genetici die denken dat dit vrij normaal is. Vorige maand presenteerde de Spaanse evolutionair bioloog Mar Albà op een bijeenkomst in Wenen een lijst van 600 mogelijk nieuwe genen bij de mens. Lees verder
Cellen chemisch te veranderen in andere typen
Twee Chinese onderzoeksgroepen hebben, onafhankelijk van elkaar, huidcellen chemisch veranderd in zenuwcellen. De ene groep onder aanvoering van Gang Pei van het instituut voor biologie in Sjanghai gebruikte daarvoor menselijke cellen, de andere groep van de universiteit van Peking, gebruikte voor haar experimenten muizencellen. Overigens blijkt het van type veranderen van cellen in de natuur geen onbekend verschijnsel. Lees verder
‘Kankerenzym’ zat hartstamcellen aan tot deling
Een van de wetten van Murphy is dat als je de vijand niet kan verslaan je maar bij ze moet aansluiten. Zoiets lijken de onderzoekers van de Amerikaanse San Diego-universiteit te hebben gedaan. Ze bedachten dat kankercellen bepaalde eigenschappen hebben op het gebied van overleven en groeien, die wel eens van nut zouden kunnen zijn om een zichzelf reparerend hart te maken. Een, ouder, hart heeft niet of nauwelijks mogelijkheden schade te herstellen. Ook andere onderzoekers zijn op zoek naar een ‘natuurlijke’ reparatiemethode, maar deze aanpak lijkt ‘creatiever’. De San Diego-onderzoekers zagen dat het ‘kankerenzym’ Pim1-kinase, dat verantwoordelijk wordt gehouden van de overleving en groei van bepaalde kankercellen, bij de hartstamcellen de celdeling stimuleerde. In muizen, tenminste.
Lees verder
DNA menselijke T-cellen bewerkt met CRISPR
Sedert een aantal jaren beschikken onderzoekers over gereedschap om DNA te bewerken, CRISPR-Cas9, en die techniek wordt steeds trefzekerder. Onderzoekers van, onder meer, de universiteit van Californië in San Fransisco schijnen met succes het DNA van menselijke afweercellen , in dit geval T-cellen, te hebben veranderd. Dat lijkt handzaam voor onderzoek en voor behandelingsmethoden, maar hoe lang zal het duren voor het originele ontwerp van het menselijke DNA op het aambeeld komt te liggen van de DNA-veranderaars? Lees verder
Kunstmatig enzym werkt net echt
Bij sommige genetische ziektes functioneren bepaalde genen niet. In dat geval is het handig als je die genen weer in kunst schakelen. Onderzoekers van het Italiaanse SISSA-instituut in Triëst hebben een kunstmatig enzym gemaakt met een RNA-aanhangsel, dat onderscheid kan maken tussen actieve en inactieve genen en die eerste selectief kan stimuleren. Lees verder
Een gen maakt van darmkankercellen gewone cellen

Darmcelkweek. Het inactiveren van het Apc-gen leidde tot een kankerachtige reactie (links), die verdween en kankercellen werden normale darmcellen nadat Apc weer werd geactiveerd (rechts). (afb:: Kevin P. O’Rourke)
Het gaat wel om proeven met muizen. Onderzoekers van het Weill Cornell-instituut in New York gebruikten een mechanisme om de activiteit van het Apc-gen te manipuleren en kwamen tot de ontdekking dat het uitschakelen van dat gen leidt tot kankerachtige structuren in darmcellen (van muizen, dus). Bij het reactiveren van het Apc-gen bleken de kankercellen zich weer om te vormen tot normale cellen en verdwenen de kankergezwellen helemaal. Lees verder
Hersencellen vertonen genetisch riskant ‘gedrag’

De activiteit van de uitlopers van zenuwcellen is afhankelijk van de GluR1-spiegel (oranjegeel). Links normaal, rechts na toevoeging van Tet3 (afb: John Hopkins-universiteit)
“We zijn er aan gewend te denken dat als de cel volwassen is, het DNA stabiel is met alles wat er om heen zit om dat te sturen”, zegt Hongjun Song van de John Hopkins-universiteit. “Uit de studie blijkt dat sommige cellen voortdurend hun DNA aanpassen om hun werk te kunnen doen.” Volgens de onderzoekers zijn zenuwcellen risicopakkers. Ze zouden dagelijks ‘DNA-chirurgie’ toepassen om het activiteitenniveau op het juiste peil te krijgen. Omdat die niveaus belangrijk zijn voor zaken als leren, geheugen en hersenafwijkingen, denken de onderzoekers weer wat licht te hebben geworpen in de duisternis die hersens heet. Lees verder
Weer een ‘doorbraak’ bij onderzoek alvleesklierkanker
Dat is natuurlijk ideaal, kankercellen aanzetten weer normaal te doen. Dat schijnt Amerikaanse onderzoekers gelukt te zijn bij kweken van, menselijke, kankercellen met een eiwit dat wordt aangeduid met E47. Het eiwit zou daarin slagen door aan bepaalde delen van het DNA te koppelen, die verantwoordelijk zijn voor groei en differentiatie.
Lees verder
Het placebo-effect heeft een genetische component
Het placebo-effect bestaat. Onderzoekers van de Harvard-universiteit (VS) hebben op basis van analyses van ander onderzoek vastgesteld dat er een soort placeboom is, zoals ze dat noemen, genen die wat te maken hebben met dat effect. Het placebo-effect zou een veel grotere rol bij de gezondheid spelen dat tot nu toe erkend wordt, denken ze.
Lees verder