Gentherapie zou groene staar mogelijk kunnen stoppen

Netvlies

Het netvlies is nog knap ingewikkeld en bestaat uit zo’n tien lagen

Groene staar (vaak glaucoom genoemd) is een oogziekte waarbij netvliescellen afsterven. Die lijkt op droge netvliesver-oudering. Daar is geen genees-middel voor. Onderzoeksters van het Trinitycollege in Dublin stellen nu een gentechniek ontwikkeld te hebben die bij muisjes en menselijke oogcellen de ziekte een halt zouden toeroepen. De therapie zou ook werken bij  netvliesveroudering (maculadegeneratie), is al eerder aangetoond. Er zijn overigens experimenten gaande met stamcellen om de afgestorven netvliescellen te vervangen.
De behandeling zou de ganglioncellen in het netvlies beschermen van muisjes met groene staar. In menselijke netvliescellen in kweken verhoogde de gentherapie het zuurstofverbruik en de ATP-productie (energiedrager in een cel), wat duidt op verbeterde celprestaties.
“Glaucoom is een complexe groep optische neuropathieën en een belangrijke oorzaak van blindheid. In Europa heeft ongeveer 1 op de 30 mensen tussen de 40 en 80 jaar glaucoom, en dat stijgt tot 1 op de 10 bij personen ouder dan 90, dus dit is een veelvoorkomende aandoening die dringend nieuwe behandelingsopties nodig heeft”, zegt Sophia Millington-Ward.
“Het is een aandoening met veel verschillende risicofactoren, wat de complexiteit van de behandeling vergroot. Huidige glaucoombehandelingen werken met oogdruppels, chirurgie of lasertherapie, maar de uitkomsten zijn wisselend.

Sommige patiënten reageren niet en/of ondervinden ernstige bijwerkingen. De behoefte aan betere behandelingsopties heeft ons geïnspireerd en gemotiveerd om door te gaan met het ontwikkelen van gentherapieën. We zijn verheugd over de belofte die het laat zien.”

Virus

De therapie maakt gebruik van een lam gemaakt virus om een ​​verbeterd gen (eNdi1) af te leveren dat is ontwikkeld door het Trinity-team (de e is de afkorting voor enhanced (verbeterd)). De therapie moet de mitochondriale activiteit stimuleren (mitochondriën zijn celcentrales voor de aanmaak van ATP) en schadelijke reactieve zuurstofvormen (radicalen) verminderen.
De therapie zal nog wel wat stappen moeten nemen om in de klinische praktijk terecht te komen, waarbij klinische proeven met mensen de laatste stap vormen.

Bron: Science Daily

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.