Voor het eerst zouden onderzoeksters, onder aanvoering van Alexis Sperling van de universiteit van Cambridge (VK), bij fruitvliegjes een maagdelijke geboorte hebben bewerkstelligd door een genetische ingreep. Op zich is de maagdelijke geboorte, dus zonder inbreng van de mannetjes, niet heel ongewoon. Zelfs ‘hogere’ dieren als haaien en krokodillen kunnen onder bepaalde omstandigheden nageslacht voortbrengen zonder dat daar een mannetje aan te pas is gekomen (parthenogenese).
Eerder onderzoek zou duidelijk hebben gemaakt welke genen ‘verantwoordelijk’ zijn voor de parthenogenese. Volgens Sperling hebben ze nu aangetoond dat die genen ook bij een andere diersoort werken. Om die genen te achterhalen lazen de onderzoeksters de genomen uit van twee ‘stammen’ van het fruitvliegje (in dit geval de Drosophila mercatorum). De ene stam plant zich geslachtelijk voort en de ander door maagdelijke voortplanting.
Vervolgens bepaalden ze de genactiviteit in de eitjes die van de ‘ongeslachtelijke’ stam om er achter te komen welke genen actief waren in vergelijking met de ‘geslachtelijke’ eitjes. Daaruit kwamen 44 bovendrijven. Daarna werden die genen in een andere fruitvlieg soort (D. melanogaster) veranderd. Die soort plant zich gewoonljijk geslachtelijk voort. Na een beetje gefiedeld te hebben met de genencombinaties bleek dat in een bepaalde genencombinatie 11% van de vrouwtjes levenvatbare eieren legden. Een deel van het nageslacht kon dat ook.
Geen klonen
Merkwaardig is dat hoewel dat ‘ongeslachtelijk’ gevormde nageslacht alleen het erfgoed van de moeder had dat niet altijd klonen waren van hun moeder. Sommige dochters had soms drietallen van chromsomen, terwijl bij deze soort chromsomenparen normaal zijn (zoals bij mensen).
Maagdelijke geboorte zou een effectieve voortplantingsmethode zijn, stelt evolutiebiologe Tanja Schwander van de universiteit van Lausanne, omdat paren nogal lastig zou zijn. Deze truc is in ieder geval een onderzoeksmiddel om de voor- en nadelen van geslachtelijke voortplanting te kunnen bestuderen.
Volgens Sperling, tegenwoordig actief bij een landbouwonderzoeksinstituut, speelt pathenogenese een rol bij sommige landbouwplagen, waardoor het ‘ongedierte’ zich razendsnel zou kunnen vermenigvuldigen. Zo zou een mot zijn overgeschakeld op maagdelijke voortplanting nadat bestrijdingsmiddelen de mannetjes onvruchtbaar hadden gemaakt. Kennelijk is parthenogenese een mogelijkheid die sluimert in bepaalde diersoorten en tot ‘bloei’ komt door omstandigheden.
Bron: Nature