Zevenentwintig van de negenentwintig patiënten met leukemie in gevorderde staat die al diverse behandelingen achter de rug hadden bleken baat te hebben bij een immuuntherapie. Daarbij werden twee type T-cellen genetisch veranderd om ze ‘weerbaarder’ te maken in de strijd tegen deze bloedkanker. Een aantal van de ‘genezen’ patiënten kreeg de ziekte echter weer. Er is nog veel werk te doen.
Zoals hier meermalen gemeld is ons afweersysteem in staat tot veel, maar niet alles. Kankercellen hebben allerlei methodes om aan de dodelijke werking van dat systeem te ontkomen. De T-cellen werden van een synthetische receptor voorzien (CAR voor chimere antigeenreceptor), waarmee die kankercellen met het eiwit CD19 herkent. CD19 komt vooral voor bij de zogeheten B-cellen. (een type witte bloedlichaampjes). De proefpersonen hadden een vorm van leukemie die de B-cellen tot ‘doel’ heeft. De veranderde T-cellen (twee typen: helpercellen en dodercellen) waren, uiteraard, afkomstig van de patiënten zelf. Die werden vervolgens voorzien van CAR. Vervolgens werden de cellen in een kweek vermenigvuldigd en weer bij de patiënten ingebracht.
Bij 27 van de 29 proefpersonen was een paar weken na het inbrengen van de behandelde T-cellen geen spoor meer van kanker in het beenmerg aangetroffen. De T-cellen met CAR bleken de kankercellen overal in het lichaam effectief op te ruimen. Van de twee patiënten waar niet alle kankercellen verdwenen waren, werd een alsnog kankervrij nadat hij een hogere doses CAR/T-cellen had gekregen.
Daar stopt het verhaal niet. De kanker kwam bij sommige proefpersonen terug. Het vervelende is dat twee patiënten een leukemietype kregen die resistent was voor de CAR/T-cellen. Het is hoe dan ook nog te vroeg om te zeggen wat de resultaten op de langere termijn zullen zijn.
“Dit is pas het begin”, zegt onderzoeker Cameron Turtle said. “Het klinkt fantastisch een resultaat van meer dan 90% te hebben gehaald, maar er is nog veel werk te doen om er voor te zorgen dat de resultaten duurzaam zijn en wie er de meeste baat heeft bij deze behandeling.”
Kortom: er is nog een hoop werk te doen.
Bron: Science Daily