Als je bepaalde onderwerpen volgt dan valt op hoe weinig vooruitgang er wordt geboekt ondanks allerlei ‘doorbraken’ op dat gebied die je in die jaren tegenkomt. Een zo’n onderwerp is het littekenweefsel in zenuwstelsel. Dat ontstaat bij beschadiging en voorkomt fatsoenlijke functionering van het centrale zenuwstelsel. Talloze malen heb ik ‘doorbraken’ mogen noteren (ook in dit blog), maar, voor zover ik weet, is dé oplossing nog steeds niet gevonden. Nu zeggen Chinese onderzoekers weer dat ze er in geslaagd zijn littekenweefsels in het centrale zenuwstelsel van proefdieren te hebben omgezet in functionele neuronen met behulp van een gentherapie. We zullen zien.
Als zenuwweefsel door welke oorzaak dan ook wordt beschadigd, dan zorgen gliacellen voor littekenweefsel om te voorkomen dat die schade zich uitbreidt. Probleem is dat daarmee verbindingen in het centrale zenuwstelsel worden verstoord en daarmee bepaalde functies. Bij beschadigingen aan het ruggenmerg kan dat leiden tot verlamming. Al tientallen jaren of misschien zelfs eeuwen wordt er aan gewerkt om dat euvel op te lossen, maar tot op heden is dé oplossing nog niet gevonden.
Gong Chen van de Jinanuniversiteit in Guangzhou en collega’s denken daar nu toch iets op gevonden te hebben. De onderzoekers schijnen diverse artikelen gepubliceerd te hebben waarin ze beschrijven dat met hun zogeheten neuroregeneratieve gentherapie niet alleen gliacellen zijn om te programmeren tot functionele neuronen maar dat die behandeling bij muisjes met een ischemische beroerte (herseninfarct) of de ziekte van Huntington (een erfelijke hersenziekte) ook leidde tot functieherstel. Ze toonden ook aan dat bij apen met die therapie een bepaald type gliacellen (zogeheten stercellen of astrocyten) in hersens of ruggenmerg zijn om te zetten in functionele neuronen.
Chen: “Met behulp van een adenoachtig virus voorzien we gliacellen van transcriptiefactoren zoals NeuroD1 op de plaats van de beschadiging en direct worden die omgezet in werkende neuronen.”
Klinisch zinvol?
NeuroD1 zorgde voor een vermindering van toxische reactieve stercellen en (dus) voor de omvorming in neuronen. Dat gebeurde kort (hoe kort? as) nadat de beschadiging was ontstaan, maar ook bleken de stercellen die waren omgevormd in bindweefselcellen (littekenweefsel) lang nadat de schade was ontstaan omgezet te kunnen worden in neuronen. Dat geeft de onderzoekers de hoop dat die aanpak ook klinisch van betekenis kan worden.
“Met deze omzetting vang je twee vliegen in een klap”, zegt Chen. “Er worden niet alleen nieuwe neuronen gegenereerd, maar je vermindert ook het aantal reactieve gliacellen in het beschadigde gebied, wat een langgezochte oplossing zou kunnen zijn voor het bindweefselprobleem.”
Bron: EurekAlert