
De aanwezigheid van antigeen stimuleert de omzetting van T-cellen naar giftige (CD8+)-T-cellen of “helper”-CD4+)-cellen. Boven voorloper-T-cel, links CD4+-cel, rechts de CD8+-cel (. (afb: wikiMedia Commons)
Onderzoeksters rond Camilla Jandus van de universiteit van Genève (UNIGE) hebben een alternatieve aanpak onderzocht met CD4-T-lymfocyten. Die werden lange tijd gezien als ‘hulpcellen’ en hun geneeskundige potentieel werd als secundair beschouwd.
De wetenschapsters ontdekten echter dat ze ook een sterk dodend vermogen hebben, terwijl ze andere afweercellen blijven ondersteunen. Geherprogrammeerde CD4-T-cellen werden ‘afgericht’ op een tumorkenmerk dat in veel vormen van kanker voorkomt. De resultaten lijken veelbelovend.
CD4-T-cellen produceren verbindingen die de werking van andere afweercellen ondersteunen. Het huidige onderzoek zou hebben uitgewezen dat die ‘hulp’cellen eigenlijk sterk onderschat zijn. De onderzoeksters bestudeerden de moleculaire kenmerken van CD4-T-lymfocyten die geïsoleerd waren van melanoompatiënten (een huidkanker).
Ze ontdekten dat een deel van die cellen een T-celreceptor bevatte die in staat is om efficiënt een antigeen te herkennen dat specifiek is voor tumorcellen: NY-ESO-1. Deze receptor werd vervolgens geïsoleerd en kunstmatig tot expressie gebracht in andere CD4-T-cellen.
Jandus: “Vervolgens keken we naar de effectiviteit van deze veranderde cellen tegen kankercellen, zowel in vitro als in dierproeven.”
De resultaten zijn volgens de onderzoeksters indrukwekkend. Die cellen richten zich niet alleen effectief op melanomen, maar ook op long-, eierstok-, sarcoom– en hersentumoren, terwijl gezonde cellen gespaard blijven. Dit toont aan dat receptorgemodificeerde CD4-T-cellen tumoren direct kunnen aanvallen, naast hun ondersteunende rol.
Het HLA-systeem, de antigenen die in alle cellen (behalve in de rode bloedcellen) aanwezig zijn, is gekoppeld aan een verzameling genen die verantwoordelijk is voor afweerherkenning. Iedereen erft verschillende versies van deze genen, ook wel allelen genoemd.
Jandus: “Ze coderen voor celoppervlakte-eiwitten, antigenen, die de T-cellen in staat stellen om gezonde cellen te onderscheiden van door ziekteverwkkers besmette of kwaadaardige cellen. De effectiviteit van T-celtherapieën hangt ervan af of de patiënt drager is van het specifieke antigeen-allel dat het tumorantigeen presenteert.”
“Het NY-ESO-1-antigeen, herkend door onze receptor, wordt gepresenteerd door een wijdverspreid allel, dat voorkomt bij ongeveer de helft van de blanke bevolking, vergeleken met slechts 10 tot 15% van de andere HLA-allelen.” Dit vergroot de groep patiënten die er baat bij zouden kunnen hebben aanzienlijk, vooral omdat het beoogde antigeen tot expressie komt in veel soorten kanker.”
Klinische proef
Camilla Jandus bereidt momenteel een klinische proef voor. De studie zal verschillende soorten kanker omvatten die NY-ESO-1 tot expressie brengen. Eerst zal een HLA-test de aanwezigheid van het juiste HLA-allel verifiëren, waarna tumoren worden geanalyseerd om de expressie van NY-ESO-1 te bevestigen. De CD4-T-cellen worden vervolgens geoogst, in het laboratorium gemodificeerd om de receptor tot expressie te brengen, vermenigvuldigd en opnieuw in de patiënt geïnjecteerd.
Andus voorziet zelfs al een vervolgstap: het creëren van een bank met gebruiksklare T-receptorgemanipuleerde afweercellen van gezonde donoren, veranderd om afstoting te voorkomen. Dat bespaart kostbare tijd, vooral belangrijk in het geval van agressieve kankers. Deze strategie zou ook de weg kunnen vrijmaken voor behandelingen voor kankers die momenteel ongeneeslijk zijn, met name bij kinderen. De eerste in-vitrotests op cellen van een neuroblastoom (ziekte van Hutchinson) van kinderen zouden al veelbelovende resultaten hebben opgeleverd.
Bron: Alpha Galileo