Koolmot (afb: WIkiMedia Commons)

De koolmot (Plutella xylostella), die vrijwel overal op de wereld voorkomt, is de schrik van de kooltelers. De insecten zouden resistent zijn geworden tegen bestrijdings-middelen. Het Engelse bedrijf Oxitec zou met succes genetisch veranderde koolmottenmannetjes ingezet hebbenom een koolmottenplaag te bestrijden. De mannetjes zijn genetisch zo veranderd dat de vrouwtjes die ze bevruchten geen vruchtbaar nageslacht krijgen. Het zou de eerste proef in open veld zijn met deze gendruktechniek. De onderzoekers hebben het dan over een duurzame manier van insectenbestrijding, maar of dat echt zo is zal nog moeten blijken. Vrouwelijke rupsen die uit die gemeenschap voortkomen overleven het niet.

Het onderzoek werd geleid door Anthony Shelton van de Cornelluniversitiet in New York. De aanpak wordt ecologisch verantwoord genoemd omdat het effect verdwijnt zodra de aanvoer van de genetisch veranderde mannetjes wordt gestaakt. Je roeit zo, is het idee, de soort niet uit, maar onderdrukt de plaag enige tijd. De proef is gedaan op een open koolveld van 2,83 ha waar met tussenpozen zes keer tussen de 1000 en 2500 aangepaste mannetjesmotten werden losgelaten. Eerder had Shelton proeven gedaan in kassen.
Hij geeft aan dat de techniek is gebaseerd op steriliseringstechnieken uit de jaren 50 die werden beschreven in het boek Silent Spring/Dode Lente van Rachel Carson. Dat boek was een aanklacht tegen het overdadig gebruik van bestrijdingsmiddelen. “Gentechnieken zijn veel makkelijker om hetzelfde doel te bereiken.”

Rekenmodellen

Shelton: “Als ze vrijgelaten werden dan gedroegen de veranderde mannetjes zich als de wilde motten. In het lab waren ze even succesvol bij de vrouwtjes als wilde motten. Uit rekenmodellen rolde dat deze bestrijdingsmethode effectief is zonder dat je insecticiden hoeft te gebruiken, zoals al in de kasproeven was aangetoond.”

Neil Morrison van Oxitec is uiteraard laaiend enthousiast over de resultaten van de proef. Duurzaam en regelbaar, zoiets. Dat heeft er natuurlijk ook iets mee te maken dat het bedrijf daar een goede boterham aan hoopt over te houden. Je kunt je afvragen of dit de kant is waarheen de landbouw zich moet ontwikkelen. Problemen met plagen komen vooral voor bij grootschalige monoculturen…

Bron: EurekAlert