Een ‘groot’ molecuul, bestaand uit 13 fullerenen (voetbalmoleculen of buckyballen) zou wellicht in staat zijn het ebola-virus te blokkeren door de receptor van cellen te blokkeren waarop het virus aangrijpt. Voorlopig is het idee van de onderzoekers van de universiteit van Complutense alleen nog maar in glas uitgeprobeerd (in vitro).
Het besmettingsproces van het ebola-virus begint als het virus de DC-SIGN-receptor ‘kaapt’ van de dendrietcellen (bepaalde type afweercellen). Nu hebben, onder meer, Spaanse onderzoekers een ‘gigantisch’ molecuul gemaakt van 13 fullereenmoleculen ‘gelardeerd’ met koolwaterstoffen. Dat schijnt de receptor te blokkeren waardoor het voorkomt dat de cel besmet raakt. Tenminste, dat gebeurde bij een kunstmatig ebolavirus. “Fullerenen zijn holle kooien van uitsluitend koolstofatomen”, legt Nazario Martin uit van de Madrileense universiteit. De gebruikte koolwaterstoffen zijn suikers. De onderzoekers gebruikten een virusmodel door het aanmaken van het viruseiwit GP1, dat dienst als sleutel van de afweercel. In de reageerbuis werd gebruik gemaakt van een onecht virus, dat wel een cel kan besmetten, maar zich niet kan vermeerderen. “We hebben een celmodel gebruikt dat we eerder hebben beschreven en dat bestaat uit menselijke lymfocyten die beschikken over de DC-SIGN-receptor, waardoor het virus de dendrietcellen kan binnenkomen”, zegt medeonderzoeker Rafael Delgado. Door die blokkade zou de verspreiden van het virus worden vertraagd en de afweerreactie versterkt, verwachten de onderzoekers, maar uiteraard zal dat nog in echte organismen/dieren getest moeten worden.
De constructie van het uitzonderlijke fullereensuikermolecuul is afgekeken van hoe virussen in elkaar steken. Om dat molecuul te maken is nog niet zo eenvoudig, zo lijkt het op het eerste gezicht, maar de onderzoekers in Madrid slaagden er in in een synthesestap twaalf fullereenmoleculen te verbinden met de suikermoleculen en een centraal fullereenmolecuul, tien per ‘voetbal’. Volgens de onderzoekers geven de onderzoeksresultaten aan dat er van dit soort grote moleculen (groot is in het leven zeer relatief) te bestrijding van virusinfecties nog wel het een en ander te verwachten. Na de eerste vingeroefeningen in glas willen de onderzoekers het idee nu gaan uitproberen bij proefdieren. Daarbij zou de fullereenster nog wel eens van uiterlijk kunnen veranderen om de effectiefste virusbestrijder te construeren. Wordt (vast) vervolgd. Overigens kwam ik op internet al een bericht uit 2013 tegen met dezelfde strekking als dit verhaal. Toch geen herhaling van zetten?
Bron: Science Daily